Dit boek is een uitgebreide gids voor psychotherapie voor honden, een innovatief en te weinig onderzocht vakgebied. Het begint met het onderzoeken van de speciale relatie tussen honden en mensen en de effecten van domesticatie op het psychologisch welzijn van honden, in vergelijking met andere dieren zoals katten en paarden. De nadruk ligt op de geestelijke gezondheid van honden, waarbij historische aspecten van dierpsychotherapie worden belicht, evenals parallellen en verschillen met menselijke psychotherapie. De kern van het boek gaat over de basisprincipes van hondenpsychologie, waaronder instincten, emoties en cognitie. De oorzaken van psychologische stoornissen bij honden, zoals genetische factoren, milieu-invloeden en traumatische ervaringen, evenals hun diagnose en beoordeling worden in detail besproken. Dit wordt gevolgd door een grondige bespreking van verschillende behandelmethoden, van gedragsmatige benaderingen tot medicatie en alternatieve therapievormen, elk aangepast aan specifieke diagnoses. Het boek wordt afgesloten met praktisch advies over de preventie en vroegtijdige opsporing van geestelijke gezondheidsproblemen bij honden. Het is een essentiële gids voor hondeneigenaren en professionals die het mentale welzijn van honden willen verbeteren, en biedt zowel gedegen theoretische kennis als praktische begeleiding.
